... / Story's / Nieuwe releases / Ghost Skeletá
Nieuwe releases

Frederik Cosemans

01/05/2025 - week 18

Loma Vista

Updated 09/05/2025

Updated 09/05/2025

Nieuwe releases
9

GHOST

Skeletá

GHOST Skeleta

Drie jaar na het verschijnen van ‘Impera’, een plaat die het Zweedse Ghost definitief naar het pantheon der groten katapulteerde, heeft de gemaskerde act onder leiding van meesterbrein Tobias Forge het volgende hoofdstuk voor het succesverhaal klaar. De mysterieuze en occulte rock/metal van de eerste platen heeft al geruime tijd plaats moeten ruimen voor een meer gelikt, theatraal en zelf poppy hard rockgeluid, wat de band uiteraard heel wat tegenstanders, maar dus nog een pak meer voorstanders heeft opgeleverd. Fans die krampachtig zweren bij het oude werk en bij elke nieuwe plaat bidden om een terugkeer naar de roots mogen hun hoop nu toch stilaan voorgoed opbergen, want ‘Skeletá’ maakt ons voor eens en voor altijd duidelijk dat de band nooit of te nimmer nog achterom zal kijken, maar hun sound zal blijven uitbreiden en verfijnen. Opener ‘Peacefield’ spreekt wat dat betreft immers fameuze boekdelen. Het is een grootse, episch opgezette hard rock song met melodieuze samenzang, klassieke riffs, fraaie gitaarsolo’s, veel synthesizers en, hoe kan het ook anders, een supercatchy refrein. Het is zeker geen slechte song, het is zelfs een hele goede, maar als opener is het toch geen ‘Kaisarion’ of ‘Rats’ en we geven eerlijk toe dat het enkele luisterbeurten duurde vooraleer het kwartje viel. Het navolgende duo ‘Lachryma’ en de ondertussen reeds bekende eerste single ‘Satanized’ hebben minder tijd nodig, maar volgen in principe wel dezelfde formule. Beide songs zijn weliswaar een tikje steviger, maar ze lijken zo te zijn weggeplukt uit de jaren tachtig en de refreinen zetten zich onherroepelijk met weerhaakjes vast in je brein. Op voorgaande platen was het nu ongeveer tijd voor een instrumentale song of een kort intermezzo, maar daar is op ‘Skeletá’ helemaal geen sprake van. Voor de eerste keer in hun geschiedenis kiest de band er immers voor om tien volwaardige songs op te voeren en de vullertjes achterwege te laten. Uitstekende zet, als je het ons vraagt! In ‘Guiding Lights’ neemt men dan wel een beetje gas terug, het is ballad van het zuiverste soort, maar onze kop er af als dit geen ultiem meezingmoment gaat worden tijdens de aankomende tournee. Vroeger zouden de aanstekers met zekerheid zijn bovengehaald! Met ‘De Profundis Borealis’ sluipt er terug wat pit in de zaak. Het stampende ritme en het, weeral, knappe en verduiveld catchy refrein maken van deze rocker een waar hoogtepunt. Het navolgende, aan Queen refererende ‘Cenotaph’ doet dat nog eens dunnetjes over en laat tevens goed horen dat Forge (of moeten we Papa V Perpetua zeggen?) op deze plaat vocaal alles uit de kast haalt. ‘Missilia Amore’ is pure eighties hard rock (denk aan Ozzy Osbournes ‘No More Tears’), ‘Marks Of The Evil One’ (met de aanstekelijke proclamatie ‘There! There!’) zo mogelijk nog meer en ‘Umbra’, ingeleid door sinistere synths die soms wat aan Jean-Michel Jarre doen denken, spant helemaal de kroon. De combinatie van een kletterende cowbell, flitsende riffs, proggy gitaar- en keyboardduels en misschien wel het beste refrein van de hele plaat maken van de song een echte klepper die live ongetwijfeld gaat knallen. Afsluiten doet men met het zoete en misschien net iets te kleffe ‘Excelsis’, een power ballad met een heuse Gary Moore-solo en de niet mis te verstane boodschap dat iedereen ooit het tijdelijke voor het eeuwige zal moeten inruilen. ‘Skeletá’ is in vrijwel alles (productie, arrangementen, vocale invulling, instrumentatie) de overtreffende trap van voorganger ‘Impera’ geworden en zal commercieel gezien vast een enorm schot in de roos blijken. De oude fans die zich al een tijdje vervreemd van de band voelen gaan met dit album zeker niet terug gewonnen worden, alles is immers nog grootser en meer gelikt geworden, maar de algemene status zal ongetwijfeld nog een stuk toenemen. En dat is, nog maar eens, volkomen terecht!