Updated 28/11/2022
WHITE WARD
False Light
Met alle enthousiasme in het achterhoofd omtrent de eerdere releases van White Ward waren we helemaal niet meer te houden toen we de promo voor hun nieuwe album ontvingen. Zowel ‘Futility Report’ als ‘Love Exchange Failure’ waren meesterwerken van moderne black metal, die in alle opzichten grensverleggend waren. Nu zijn we hier sowieso gek op de Oekraïense scene, die ons in het verleden al bands als Drudkh, Blood Of Kingu, 1914, Quintessence Mystica en Munruthel schonk, maar White Ward bleek zowel in hun thuisland als overal daarbuiten een vreemde eend in de bijt. De basis van hun songs mag dan furieuze post-black metal zijn, het kwintet uit Odessa had altijd al een experimenteerdrang die hen naar nieuwe horizonten zou voeren. Sterker nog: hoewel wij ab-so-luut geen jazzfans zijn en meestal de eerste de beste nooduitgang opzoeken wanneer er jazz wordt gespeeld, toch zijn we helemaal gek op de manier waarop White Ward een kruisbestuiving van post-black metal met jazz noir creëert. Dat doen ze nochtans niet bepaald subtiel, integendeel. Meestal is vooral de saxofoon van Dima Dudko daarvoor verantwoordelijk en hij duikt als vast bandlid dan ook in elke song op. Daarnaast zijn er echter een aantal arrangementen van gastmuzikanten op contrabas, trompet en piano die er nog een lap bovenop geven. Knap hoe ze dat vanaf opener ‘Leviathan’, een dertien minuten durend meesterwerkje, in gang zetten en de hele plaat volhouden zonder ergens te vervelen. Die saxofoon wekt trouwens een sfeertje op dat doet denken aan crimi-series, of aan een verlaten grootstad waar je bij regen doorloopt in de kleine uurtjes. En laat ons nu dol zijn op dat melancholische gevoel … Het warme brommen van de contrabas die de sax begeleidt in ‘Echoes In Eternity’ en de creepy pianodissonanten die de song afsluiten had men wellicht nooit met het klassieke metal-instrumentarium kunnen bereiken, maar tegelijk krijg je dan toch weer die heftige wissels waarbij plots een abrupte overgang komt en je aan blast speed tegen de muren wordt geknald. In de titelsong, die maar liefst een kwartier duurt, worden in dat opzicht alle registers opengetrokken. Na een dark jazz-introductie schurkt men eerder tegen duivelse death metal aan dankzij Glen Benton-achtige grunts, lompere riffs en blastbeat drums, wat dit tot één van de heftigste songs van dit album maakt. Het schrille contrast met het ingetogen outro ‘Downfall’, geheel opgebouwd rond een spaarzame pianolijn, kon niet groter zijn, maar net dat spanningsveld maakt White Ward tot wie ze zijn. Mede dankzij de klankkleur van gastzanger Vitaliy Havrilenko en het wisselspel met de saxofoon krijg je dan weer een erg Ulver-achtig gevoel bij ‘Cronus’. Eigenlijk is het onmogelijk om te voorspellen wat een song van White Ward binnen pakweg een minuutje gaat doen, gezien ze nergens de standaarden volgen, maar net dat maakt van de band uit Odessa zo’n avontuur om naar te luisteren. Nu maar hopen dat ze zonder kleerscheuren de Russische agressie doorstaan en dit ook naar onze podia kunnen brengen.