Updated 03/07/2025
CRYPTOPSY: Nog een versnelling bijschakelen
Het Canadese Cryptopsy is sinds de eerste helft van de jaren negentig een rots in de doodsmetalen branding en vooral hun eerste vier albums zijn legendarisch. Oerbandlid Flo Mounier, die achter de drumkit te vinden is, wordt geprezen voor zijn unieke speelstijl en ultrahoge speltechniek, maar vandaag zitten we samen met zanger Matt McGachy, die al zeventien jaar het immense gebulder voor zijn rekening neemt.
Gefeliciteerd met jullie nieuwe, negende studioalbum ‘An Insatiable Violence’. Ik begin mijn review daarvan met het feit dat het gevaar bij een band als jullie loert in de gewenning aan de kwaliteit over de jaren.
‘Haha, dat is mooi. Het is voor ons een dagelijks worstelen om die kwaliteit hoog te houden. De druk staat op de ketel en we hebben die zelf ook nog eens aangeschroefd. We willen namelijk in de toekomst albums sneller gaan uitbrengen dan dat we dat gedaan hebben in het afgelopen decennium. Onze langetermijnplanning is om in de komende tien jaar om de twee jaar een nieuw studioalbum uit te brengen. We willen er alles aan doen om de connectie met onze fans nog intenser te maken en die machine te blijven voeden met nieuwe muziek. We hebben nog zoveel te bieden en Flo wordt volgende maand 51. Ik kijk naar hem als een olympische atleet. Elke atleet op dat niveau komt op een moment in zijn carrière dat hij niet meer kan aantreden op de Olympische Spelen en wij zijn er ons van bewust dat dat ook ooit het geval zal zijn bij Flo met zijn drumwerk. Flo is zich erg bewust van zijn fysiek en weet erg goed hoe hij zich voelt na een show. Momenteel is dat nog steeds geweldig en we willen dus om de twee jaar een nieuw album gaan uitbrengen zolang we dat nog kunnen om ons publiek zo betrokken mogelijk bij de band te houden.’

Ik kan begrijpen dat je snel nieuwe albums wil uitbrengen. Wat betreft marketing kan je het belangrijk vinden om constant onder de aandacht van je publiek te blijven, en met de hedendaagse cultuur van het snel consumeren van muziek is er wel één en ander veranderd.
‘Het is inderdaad niet meer zoals vroeger. Ik herinner me mijn eerste loontje. Ik geloof dat dat ongeveer 120 dollar was, maar ik rende naar de muziekwinkel, kocht drie cd’s en daarmee was meteen de helft van mijn salaris al opgebruikt. Weg! Ik ging naar huis en beluisterde die, maar er zat een album tussen dat ik niet graag hoorde en weet je wat ik deed? Ik gaf het nog een kans en bleef ernaar luisteren tot ik het vanzelf graag ging horen, want ik had er twintig dollar voor betaald. Dat gebeurt nu niet meer. We krijgen nu nog twintig seconden van de luisteraar. Er wordt geen tijd meer genomen om te wennen aan iets nieuws, iets extreems, iets vreemds. Mensen worden niet meer verliefd op albums. Het is eerder een soort onmiddellijke bevrediging waarbij er geen tijd meer wordt genomen om een plaat te laten groeien en dat heb je met streaming. We zijn ons daar terdege van bewust. Daarom willen we de machine blijven voeden, ik noem ons publiek ‘de machine’, om relevant te blijven en aan de top te kunnen blijven staan. Ik zie dat verschillende van mijn vrienden in bands dezelfde formule gebruiken en daar succesvol mee zijn. Cattle Decapitation en Aborted zijn maar een paar voorbeelden. Zij brengen consistent kwaliteitsvolle albums uit aan een ritme van ongeveer twee jaar en in golven van drie tot vier langspelers en zij blijven groeien. Dat is ook onze ambitie.’
Als je per se om de twee jaar een album wil uitbrengen, dan pushen jullie de creativiteit ook wel tot een limiet. Ben je niet bang dat dat ergens ten koste van de kwaliteit zal gaan op termijn?
‘Dat is het lastigste voor Chris, onze gitarist, want hij is de initiële bedenker van de muziek. ‘An Insatiable Violence’ hebben we helemaal geschreven terwijl we op tour waren en dat is iets wat we voorheen nog nooit deden. Chris zat tussen shows effectief op de tourbus riffs te schrijven en op te nemen. Of als we al eens een rustdag hadden, dan namen we onze opnamespullen mee naar onze hotelkamer om riffs te schrijven. Ook al wilden we dat niet altijd, we pushten elkaar echt om verder aan het schrijven te gaan. De uitdaging is ervoor te zorgen dat nieuwe songs fris klinken en goed zijn, maar vooral ook dat ze de historische kwaliteit van de band verderzetten. Chris is een soort ‘alleshater’. Hij geeft op alles commentaar. Niet alleen wat betreft de muziek, maar ook elke zakelijke beslissing die we nemen. Als we als band iets afkeuren, dan komt dat meestal omdat Chris het idee al had afgeschoten. Hij is het genie en wij volgen hem.’
Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 232.
