Updated 18/03/2022
GHOST: Nieuwe ideeën, nieuwe looks, dezelfde Ghost
Het Zweedse Ghost, de mysterieuze act rond meesterbrein Tobias Forge, diept op het nieuwe, vijfde album 'Impera', de catchy hooks, meezingbare refreinen en het bombastische stadionrockgevoel van voorganger 'Prequelle' verder uit, maar tegelijkertijd worden er ook een paar nieuwe paden bewandeld en weet men zichzelf gedeeltelijk opnieuw uit te vinden. Het zou ons dan ook niet verwonderen wanneer Ghost met dit album definitief hun frivole satanisme naar de grote massa brengt en hun status als gedoodverfde headliner waarmaakt.
Wanneer we Tobias via digitale weg te spreken krijgen, zit Ghost samen met co-headliner Volbeat en opener Twin Temple midden in het Noord-Amerikaanse luik van hun zogenaamde 'Imperatour'. Het feit dat de tour überhaupt kon plaatsvinden was op het moment van het interview (begin februari) op zich al een verademing, want bij ons waren concertzalen toen nog hermetisch gesloten. ‘Hier in de States loopt alles naar omstandigheden behoorlijk goed. Een groot voordeel, als je het zo mag noemen, is dat we vrijwel de enige tour zijn die momenteel plaatsvindt en dat de honger voor concerten groot is. Al zeg ik er meteen bij dat de pandemie toch nog wel wat nazindert, hoor. Sommige mensen voelen zich gewoon nog niet veilig en blijven dus liever thuis, terwijl anderen dan weer tegengehouden worden door het vaccinatiebewijs of de negatieve test die ze bij de ingang moeten voorleggen. Zulke mensen doen zelfs geen moeite om tickets te kopen. Maar zelfs bij het publiek dat effectief tickets heeft aangeschaft, merk je dat er twijfel en angst heerst. Als ik bij aankomst in de arena's eens ga informeren naar het aantal verkochte kaartjes en dat nadien vergelijk met het aantal effectief opgedaagde toeschouwers, dan merk ik daar behoorlijke verschillen. Dus ja, onder normale omstandigheden had deze tour er wellicht iets anders uitgezien, maar ik mag eigenlijk niet klagen. De mensen die daadwerkelijk naar de show komen en de fans die ik ontmoet tijdens de meet and greets lijken me oprecht gelukkig te zijn en voor velen is het hun eerste optreden in twee jaar. Het oude gevoel dat er bij concerten heerste, is stilaan terug aan het komen en ik ben erg blij dat wij die heropleving vanaf het begin mee kunnen maken.'
Die 'Imperatour' kadert uiteraard volledig in de promotie van 'Impera', het nagelnieuwe album dat wanneer u dit leest al netjes in de winkelrekken ligt te blinken, maar op het moment van ons gesprek nog meer dan een maand achter slot en grendel zou blijven. Toch debuteerde Ghost bij de Amerikaanse concerten, naast het reeds gekende 'Hunter's Moon', al de nieuwe song 'Kaisarion', waarvan de zinsnede 'We're building our empire from the ashes of an old' zo'n beetje de perfecte samenvatting is van de thematiek en de concepten die 'Impera' ons voorschotelt. Onze gesprekspartner heeft maar een half woord nodig en geeft meteen tekst en uitleg, maar plaatst ook meteen een kleine kanttekening. 'Eerst en vooral moet men beseffen dat ik de term 'concept' eerder als een reeks losse songs rond eenzelfde thema beschouw dan als een echt verhaal. Ghost-platen hebben in dat opzicht dus meer gemeen met Iron Maiden dan met King Diamond, die steeds een chronologisch verhaal van begin tot einde vertelt. Op 'Impera' gaat het over de opkomst en ondergang van rijken of imperiums. Doorheen de geschiedenis zijn er al talloze wereldrijken met talloze leiders en visies geweest, maar geen enkel was het eeuwige leven beschoren. Het is steeds een soort cyclus: iemand met een bepaald idee brengt dit aan de man en wordt daardoor populair, krijgt aanhangers en volgers en legt de fundamenten voor een nieuw imperium. In die fundamenten zitten echter ook al de mechanismen voor zelfvernietiging ingemetseld, want na verloop van tijd verliest het idee aan kracht en wordt het verstoten door andere ideeën die op het eerste gezicht radicaal anders zijn, maar uiteindelijk toch weer min of meer op hetzelfde neerkomen. Het is die cyclische natuur die eigenlijk ook al vanaf het begin op Ghost van toepassing is. Door de aanstelling van nieuwe Papa's komt er steeds een nieuwe leider met nieuwe ideeën en looks die verder bouwt op hetgeen de vorige achter liet, maar in essentie blijft de band dezelfde.
“Elke nieuwe plaat die ik schrijf, is een soort reactie op de vorige.”
Het gaat inderdaad in de eerste plaats om de muziek en die is naar goede gewoonte weer om duimen en vingers bij af te likken. Wat vrijwel meteen opvalt bij het beluisteren van 'Impera' is dat het album terug iets meer gitaargericht is dan voorganger 'Prequelle' en dat ballads een stuk minder prominent aanwezig zijn. Bewuste keuzes? 'Het klopt zeker en vast dat de gitaar terug wat meer op de voorgrond is geplaatst, al waren er op 'Prequelle' puur technisch gezien ongeveer evenveel gitaarlijnen aanwezig. Die plaat had echter veel meer proggy elementen, die zeker tot uiting kwamen in de twee lange instrumentale songs, en zoals je zelf al zei ook een flink aantal ballads. 'Impera' heeft geen instrumentale tracks, de korte intermezzo's even buiten beschouwing gelaten, en herbergt ook slechts één echte ballad, namelijk 'Darkness At The Heart Of My Love'. Is dat nu allemaal bewust gedaan? Wel, elke nieuwe plaat die ik schrijf, is een soort reactie op de vorige, dus in dat opzicht is het vrij logisch dat de elementen die typisch waren voor 'Prequelle' nu iets meer naar de achtergrond geschoven zijn. Bovendien hou ik van afwisseling en let ik erop dat ik mezelf niet al te vaak herhaal. Een regisseur die een actiefilm vol explosies en achtervolgingen heeft gemaakt, kiest als volgende project ook eens graag een komedie of chick flick, gewoon om het voor zichzelf een beetje interessant te houden. Maar ik wilde in de eerste plaats natuurlijk goede songs schrijven die ook effectief iets konden toevoegen aan ons live repertoire. Ik heb vaak de indruk dat veel van de grote, gevestigde waarden albums blijven maken zodat ze een excuus hebben om opnieuw op tour te vertrekken. Tijdens die tournee spelen ze dan al hun oude hits en één, misschien twee nieuwe nummers en daarmee is de kous af. Iron Maiden is één van de weinige uitzonderingen, want zij durven hun nieuwe plaat al eens integraal spelen, maar voor veel andere bands lijken nieuwe songs slechts letterlijk verplichte nummertjes. Ik snap dat ergens wel, want het publiek wil natuurlijk de hits horen, maar persoonlijk denk ik dat Ghost dat punt nog niet heeft bereikt. 'Impera' is nog maar onze vijfde plaat en ik heb het gevoel dat de band zich nog enorm kan ontwikkelen vooraleer ze in een soort nostalgische act verandert.’
Het blijkt zelfs dat Forge al meer bezig is met die toekomst dan men zou vermoeden. Nu 'Impera' eindelijk zijn weg kan vinden naar de talloze fans, kan de man immers stilaan aan een volgend project beginnen denken. Dat lijkt natuurlijk erg voorbarig, maar het houdt perfect steek wanneer de vriendelijke Zweed ons zijn werkwijze uit de doeken doet. 'Nu het album eindelijk uit is, begint de tourcyclus die dik anderhalf jaar zal duren. Gedurende die periode - eigenlijk begon deze al een half jaar geleden toen de opnames voor 'Impera' afgerond waren - schrijf ik eigenlijk vrijwel constant nieuwe muziek. Dat zijn daarom niet altijd volledige songs, soms is het maar een stuk van een refrein of een goede drumbeat. Ik heb een eigen studio met een eigen technicus en telkens wanneer ik tijd en zin heb, trek ik me daar in terug en neem ik op wat ik op dat moment heb. Na een tweetal jaar heb ik, zoals ik al eerder zei, echter de neiging om al eens vast te lopen. Net zoals een romanschrijver op den duur zinnen en patronen die typisch zijn voor zijn schrijfstijl gaat hergebruiken, vervalt een songschrijver ook in zijn vaste gewoontes en typische kenmerken. De nummers die dan gemaakt worden zijn daarom niet noodzakelijk zwak, maar vaak wel erg voorspelbaar. Vergelijk het een beetje met de films van Woody Allen. Goeie films, stuk voor stuk, en ik durf me zelfs een fan noemen, maar je kan niet ontkennen dat ze allemaal toch vrij voorspelbaar zijn. Om dat te vermijden nodig ik sinds ons derde album 'Meliora' regelmatig andere schrijvers uit in de studio. Mensen waarvan ik het gevoel heb dat ze me creatief kunnen uitdagen. Een uitdaging waar enkel maar goede resultaten kunnen uit voortkomen.'
Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 206.