... / Story's / Markant / KISS: Muziek is de soundtrack van het leven
Markant

Updated 22/07/2022

Markant

KISS: Muziek is de soundtrack van het leven

Er is één ding waar gelijk welke rockgod niet tegen op kan en dat is leeftijd. Dus met ‘The End Of The Road’ van KISS is de kans groot dat inderdaad een eindstation wordt bereikt. Of je nu fan bent of niet, KISS is en blijft een act die tot de verbeelding speelt. Je kan je neus ophalen voor hun kitscherige deuntjes of hun circusachtige liveshow, maar wie ontkent dat dit entertainment is, weet niet waarover hij praat. Het is niet voor niets dat Gene Simmons en Paul Stanley al bijna 50 jaar meedraaien aan de top. Ze kunnen terugvallen op een trouw legioen fans die alles wat de band onderneemt blindelings adoreert. KISS-fan zijn is een manier van leven voor hen. Jaarlonen worden uitgegeven aan muziek, concerttickets en ontelbaar veel prularia die voor 99% nutteloos zijn, maar desondanks toch worden opgebaard in kamergrote schrijnen. De heer Simmons is er wel bij gevaren.

Gene Simmons is naast muzikant natuurlijk ook een gehaaid zakenman. Voor veel mensen staat het vast dat ‘The End Of The Road’ echt het einde zal zijn voor KISS. Wat optreden betreft willen we dat wel geloven, maar dat Kiss helemaal stil zal vallen, daar geloven we niet in. Aan wie beter dan Gene Simmons kunnen we die vraag direct stellen? ‘Laat het me zo stellen: KISS zal altijd blijven bestaan. Er is het KISS Museum, dat luistert naar de naam Gene Simmons KISS World in het Rio hotel te Las Vegas. Daar staat mijn collectie die de 50 jaar KISS belicht. Dat zijn om en bij de 10.000 stukken. Geen enkele band heeft dat. Daarnaast hebben we een KISS film in de stijgers staan voor Netflix. De regisseur is Joachim Rønning. Hij deed ook de laatste ‘Pirates Of The Caribbean’ met Johnny Depp. Er komen ook nog KISS cartoons en een KISS Broadway show. Het einde is dus nog niet nabij.’

Kiss © Gino Van Lancker

‘Wat muziek betreft heeft Paul zijn Soul Station waarmee hij rythm and blues brengt. Heel veel mensen op het podium. Zelf heb ik nog de Gene Simons band, dus er is nog plaats om me te amuseren. Waarom stop ik dan met KISS? Wel, ik ben 72. Niets mis mee, ik ben in topvorm en mijn stem is perfect, alleen … ik ben Keith Richards niet. Die kan doorgaan tot zijn 85ste want al wat hij nodig heeft is een T-shirt en een paar lekker zittende sneakers. Ik draag drakenbotten die elk evenveel wegen als een uit de kluiten gewassen bowlingbal en daar hoort dan nog een kostuum bij dat ook nog eens 20 kg weegt en dat ik avond na avond moet meezeulen. Daarnaast spuw ik bloed, ga ik de lucht in en meer van die ongein. Met alle respect voor Keith, maar die zou na een half uur bewusteloos achter de bühne liggen in die outfit. Ik wil mijn leeftijd gewoon niet verloochenen. Ik hou dit geen twee jaar mee vol, dus is het wijs om te stoppen. Na 50 jaar mag dat wel.’

“Steek Keith Richards in mijn podiumoutfit en hij overleeft geen half uur.”

‘We hebben voor iedereen de verwachtingen van een liveshow omhoog doen gaan. Het is niet meer genoeg om het podium op te kruipen en je nummers te brengen. Heel veel klasbakken hebben dat begrepen. Als je naar Sir Paul McCartney gaat kijken is er pyro. Rammstein doet het ook heel goed. In het verleden was het anders. The Beatles zijn begonnen met enkel hun liedjes en dat was al een hele gebeurtenis toen. Er was ook niets qua video walls en noem maar op. Door de jaren heen zijn de ticketprijzen van concerten de hoogte in gegaan. Wanneer je als artiest veel geld vraagt voor een concert, moet je de fans ook waar geven voor dat zuur verdiende geld. Daarin neem ik mijn verantwoordelijkheid. Een pak collega’s hebben dat ondertussen door. Waar denk je dat Paul McCartney de mosterd haalde of al die sterren uit de worstelwereld? Ze hebben door dat je meer dan je job moet doen. De toeschouwers moeten geëntertaind worden en wat dat betreft heeft KISS de standaard gezet.’

Gene staat er voor bekend dat hij wel wat talen spreekt. Wij dachten een vijftal, maar hij nuanceert dat onmiddellijk. ‘Kom, kom, niet overdrijven. Ik spreek Engels, een beetje Duits, vloeiend Hongaars, een paar woordjes Hebreeuws en enkele zinnen Japans. Daarnaast versta ik wel wat Spaans, maar antwoorden, dat lukt niet. Of ik Nederlands versta? Godverdomme! Daar heb ik echt op geoefend. Een van mijn favoriete woorden is ‘gereedschapskist’. Niet omwille van het ding zelf, maar omdat het me lukt dat uit te spreken zoals het hoort. Net als Scheveningen, een stad in Nederland. Engelstaligen krijgen dat amper uit hun strot, ik wel en daar ben ik trots op. De Duitsers konden het in de Tweede Wereldoorlog althans niet en verraadden zo zichzelf. Ik weet bijvoorbeeld ook dat de helft van de wereldbevolking de naam Van Gogh verkeerd uitspreekt. Het is Van Gogh, niet Von Gooog.’

Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 208.