... / Story's / Markant / SILVERSTEIN ontwikkelt zich verder met diversiteit
Markant

Updated 11/05/2022

Markant

SILVERSTEIN ontwikkelt zich verder met diversiteit

Wie opgroeide met albums als ‘When Broken Is Easily Fixed’ (2003) en ‘Discovering The Waterfront’ (2005), kent het Canadese Silverstein waarschijnlijk vooral als die emo-achtige post-hardcoreband die het best leuk deed. Maar sinds ‘A Beautiful Place To Drown’ uit 2020 is de band tot volle wasdom gekomen en is er een dynamiek van jewelste in het groepsgeluid te vinden. ‘Gelukkig kwam die plaat uit tijdens een zonder twijfel verschrikkelijke tijd in de geschiedenis van de mens!’, zo lacht frontman Shane Told, al terugblikkend. ‘Dat was letterlijk een week voordat de wereld op slot ging.’ Met het nieuwe album ‘Misery Made Me’, het tiende schijfje, hervatten de Canadezen hun zegetocht: het blijkt spontaan het beste werk van de heren tot op heden te zijn.

De timing voor de release van ‘A Beautiful Place To Drown’ had dus beter geweest mogen zijn. Het was een sterke plaat. Of het qua verkopen alsnog goed uit heeft gepakt, weet Told niet. ‘Albumverkopen heb ik altijd met een korreltje zout genomen. Wat er bij mij echt toe doet, is of mensen er zin in hebben en meezingen, wanneer ik het podium op ga. Dát is voor mij de maatstaf. Natuurlijk is het goed om te zien dat onze muziek meer gestreamd wordt dan in het verleden. Volgens mij hebben we 1,8 miljoen luisteraars per maand op Spotify. Ons vorige album had vijftig miljoen streams of zo en blijkbaar zijn dat goede aantallen. Maar het heeft geen invloed op me. Ik wil gewoon de hort op en rocken. Ik wil dat mensen onze nummers tof vinden. Ik denk dat we blij mogen zijn dat we een band zijn die oud en nieuw materiaal kunnen spelen en dat mensen van beide heel blij worden. Dat gebeurt niet altijd bij bands die al zo lang meegaan als wij. Dus we voelen ons goed nu en het harde werk loont.’

Silverstein With Andrew Neufeld © Wyatt Clough

Van het uitbrengen van een tiende album wordt Told dan ook niet nerveus. Hij is vol vertrouwen. Terecht, overigens. ‘Ik denk dat ‘Misery Made Me’ dynamischer klinkt. Wat meer experimenten bevat. Waar de diversiteit van dit album vandaan komt? We zijn zo altijd wel geweest. We hebben altijd superheavy hardcore-invloeden op hetzelfde album terug kunnen laten komen, als waarop ook een poppunknummer of zelfs een akoestische track te vinden was. Ja, we zijn altijd in staat geweest om veel genres tegelijkertijd te doen. Waarom zouden we onszelf allerlei regels en beperkingen opleggen, simpelweg omdat we opgroeiden in de punk- en hardcorescene? Waarom zouden we ons daar zorgen over maken en zouden we niet een nummer als ‘Mary’ kunnen schrijven, waarin de synthesizers de overhand hebben? Die shit is heavy, hoor! We hebben op dit album onze gitaren superlaag gestemd, een baritongitaar gebruikt, met meerdere lagen gewerkt, et cetera. Waarom zouden we dat niet doen, als het geweldig klinkt? Vanaf het moment dat we ons geen beperkingen meer oplegden, gaf dat echt een bevrijdend gevoel. We konden opeens alles doen.’

Je kunt natuurlijk ook zeggen dat je niets meer te verliezen hebt, als je tien albums ver in je carrière bent. En het je dus kunt permitteren om van alles te proberen. Maar zo werkt dat niet, voor Told. ‘Dat is niet hoe wij erover nadenken. Het voelde voor mij niet alsof we niets te verliezen hadden. Integendeel, ik had alles te verliezen! Ik wil onze fans immers niet teleurstellen. Ik wil niet dat ze mijn album rotzooi vinden en ons niet meer live willen zien, maar juist dat ze enthousiast zijn over wat we doen. Dat is voor mij heel belangrijk. Ik ga dat niet bagatelliseren. Want als je zo gaat denken, word je misschien té zelfingenomen en interesseert het je niet meer. We proberen onszelf altijd te verbeteren en het laatste album te verslaan. Ik denk dat we dat ook steevast gedaan hebben. Bij elke nieuwe plaat die we maken kijken we terug op de vorige en vragen we ons af wat de laatste plaat miste. Ik denk dat we op ‘A Beautiful Place To Drown’ wat experimentele tracks misten. En er werd wat minder op geschreeuwd. De vraag was dus: hoe konden we dat verbeteren?’

Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 207.