Updated 28/08/2024
ZEAL & ARDOR: Minder furie, meer verrassing
Als één van de origineelste metalacts van de voorbije tien jaar heeft het Zwitserse Zeal & Ardor er een fantastisch parcours opzitten. De even geflipte als geniale insteek, het mixen van Afro-Amerikaanse gospel/spirituals met (black) metal, leverde hen zowel kritisch als commercieel succes op. 'If it ain't broken, don't fix it' luidt een welgekend gezegde, maar toch besloot bandleider Manuel Gagneux om voor het vierde album 'GREIF' de zaken anders aan te pakken.
Destijds vroeg Manuel, bij wijze van grap en ook wel een beetje als een uitdaging, op het beruchte online forum 4chan om twee muziekgenres te noemen die hij kon combineren om dan zo snel mogelijk een song te schrijven. Dat werden uiteindelijk 'black metal' en 'Afro-American slave songs'. De rest is, zoals dat zo mooi genoemd wordt, geschiedenis. 'Wel, tot nu toe loopt alles precies zoals ik het verwacht had. Misschien een beetje trager dan ik voor ogen had, maar de complete werelddominantie ligt toch echt wel binnen handbereik nu.' Verder geraakte de sympathieke en overduidelijk goedlachse muzikant niet zonder in lachen uit te barsten. 'Sorry, ik kraam nu eenmaal graag onzin uit. Ik ben ongelooflijk dankbaar voor elke seconde van de afgelopen jaren en hoop dat ik nog een paar mooie hoofdstukken aan dit gestoorde verhaal kan toevoegen.'
Dat verhaal begon Manuel, zoals hierboven vermeld, initieel alleen, maar al snel kwamen er andere muzikanten aan te pas. Live kan je immers niet in je eentje gaan spelen en Manuel spaarde dan ook kosten noch moeite om een deftige live bezetting, waaronder twee achtergrondzangers voor de typische gospelsamenzang, samen te stellen. In de studio bleef Zeal & Ardor echter een veredeld eenmansproject, waar Manuel enkel en alleen door drummer Marco Von Allmen werd bijgestaan. Voor 'GREIF' besloot hij het echter anders aan te pakken en vroeg hij alle live muzikanten om een bijdrage te leveren. 'Waarom heb ik dit keer iedereen opgetrommeld? Zeal & Ardor klinkt in mijn ogen het beste als we op het podium staan. Live klinkt de band veel beter dan op plaat en dat komt enkel en alleen maar omdat ik zulke fantastisch muzikanten om me heen heb. Doorheen de jaren zijn we echt een goed geoliede machine geworden en voelen we elkaar quasi blindelings aan. Dus waarom die gasten dan ook niet gebruiken in de studio? Klinkt eigenlijk superlogisch, maar ik had blijkbaar toch zeven jaar nodig om tot die conclusie gekomen.'
Dat 'GREIF' dus volledig als band werd ingeblikt, is echter niet het enige verschil met het voorgaande werk. De soms ongebreidelde furie en opzwepende riffs zijn dit keer beduidend minder aanwezig dan vroeger en het aantal echt heavy tracks zijn op enkele vingers te tellen. Dat is zeker geen kritiek of een uiting van teleurstelling, maar wel een nuchtere vaststelling. Manuel kan het alleen maar beamen. 'Deze plaat is absoluut minder heavy dan de voorgaande, maar dat was eigenlijk een beetje de bedoeling. Het ergste wat we volgens mij hadden kunnen doen was opnieuw een heavy album maken, eentje dat naadloos aansloot op 'Stranger Fruit' en 'Zeal & Ardor'. Dan hadden we definitief een etiket opgeplakt gekregen en zouden we voor eeuwig en altijd dat bandje zijn dat black metal met gospel mixt. Dat wilde ik absoluut vermijden en daarom heb ik de grenzen wijd opengetrokken en ben ik op zoek gegaan naar andere stijlen en invloeden die de muziek zouden kunnen verrijken. De vorige platen klonken erg hardcore en gemeen, terwijl ik 'GREIF' eerder als een rockplaat zou omschrijven. Ik hou al lang geen rekening meer met het hele 'black metal meets gospel'-concept, hoewel er zo nog één nummer op de plaat staat, want dat hebben we nu ongeveer wel gehad. Ik wil gewoon altijd graag verfrissend en verrassend uit de hoek komen en dan kan nu eenmaal niet door constant in herhaling te vallen.'
Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 225.