Updated 16/07/2025
DEADGUY: Invloedrijk, tegen wil en dank
Weinig bands zijn op een korte tijd zo invloedrijk voor een genre als Deadguy. Na een bestaan van drie jaar en nog voor het eerste album in de rekken lag, was er al de implosie van deze pioniers van de mathcore. De band uit New Jersey overleefde de personeelswissels niet en hield ermee op te bestaan. De heren uit de originele bezetting namen tijdens en kort na de coronapandemie een documentaire op, ‘Deadguy: Killing Music’, die resulteerde in een aantal reünieshows met als orgelpunt een nieuwe plaat: ‘Near-Death Travel Services’.
Tijdens een intense tour door Amerika voor het album ‘Fixation On a Coworker’, getekend door foute boekingen en een gebrek aan geld binnen de band, komt er een breuk tussen de vrienden van weleer. Twee leden verlieten New Jersey voor Seattle en het einde van Deadguy was ingezet. Crispy, Pops en zanger Tim Singer deden verder, maar in 1997 hield de band op te bestaan. Tot 2021 had het gespleten vijftal bijna geen woord met elkaar meer gewisseld tot Fourth Media die documentaire maakte over het kwintet. Het was een warm weerzien van vijf jongens op leeftijd, getekend door het leven samen en apart, ééntje vol straffe en grappige verhalen, maar het zorgde ook voor herstel. Dat herstel vertaalt zich in een gedwongen jamsessie op het einde van de docu, met resultaat. Voor ons krijgen we één iemand uit beide kampen met Dave Rosenberg, de drummer, en Tim Singer. De strijdbijl is duidelijk begraven.

Voor ‘Deadguy: Killing Music’ tot stand kwam, was er heel wat aarzeling om aan dit avontuur te beginnen. Heel veel twijfels of de wereld wel zat te wachten op die paar gasten uit New Jersey met hun ene plaat die, een kwarteeuw jaar later, even hun verhaal zouden gaan doen. ‘Wie zit er nu te wachten op ons? We spelen afschuwelijke muziek die niemand nog wil horen’, zei Dave tegen Bill Saunders van Fourth Media. ‘We waren altijd overdreven afwijzend over het idee, maar toen Bill tegen me zei:’ Kijk, ik zal nooit tegen iemand zeggen dat het album of jullie band extreem goed was, maar wel dat beiden belangrijk waren in de evolutie van het genre’, begon ik te beseffen hoe die plaat voor mensen van belang was.’ Dat gaf hun wel de impuls die ze nodig hadden om er opnieuw aan te beginnen.
‘Tijdens de reünieshows bleek wel dat er al die tijd een publiek voor ons was. Met dank aan YouTube. In plaats van voor 20-25 mensen speelden we in Japan voor volle zalen en voor 3000 toeschouwers in fucking Manchester. Mensen die van bij het eerste nummer de hele keet afbraken, zo erg dat ze uit een andere zaal security moesten bijhalen. Wat een chaos, het bracht ons terug naar waar we vroeger waren en tegelijk was dat heel surreëel’, lacht Dave. ‘Op dat moment dacht ik: wat als we niet waren gestopt? Dan waren we nu - quote mij gerust - een soort minder racistische Pantera! Nochtans was Crispy (gitaar) het idee van nieuwe muziek niet echt genegen. ‘Het zou niet de eerste keer zijn dat het blijkt te sucken, niet? Gewoon springen en we zien wel, zei Tim, en het idee om nieuwe muziek te maken was geboren.’
Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 232.
