‘Het is heel druk, ik zit hier in mijn thuisstudio en werk aan ongeveer tien albums per week. Dat bepaalt grotendeels mijn leven. Het zijn verschillende genres van muziek waar ik me mee bezighoud, van R&B tot country en metal. Niet enkel Amerikaanse artiesten doen een beroep op mij, het kunnen ook muzikanten uit Dubai of Japan zijn. Blijkbaar is mijn studio in Nashville, waar ik woon, heel interessant gelegen, want iedereen wil naar hier komen. (lacht) Ik ben heel blij dat ik dit allemaal kan doen.’
‘Giant is de som van alle delen, iedereen leverde een bijdrage, maar Mike (Brignardello) en ik schreven het meeste materiaal. Wij waken er vooral over hoe Giant moet klinken. Alessandro Del Vecchio van Frontiers nam de toetsen voor zijn rekening en voelde goed onze sound aan. Ik leerde hem twee jaar geleden in Nashville kennen en had meteen een goede klik met hem. Gelukkig is de technologie zodanig geëvolueerd dat we van thuis uit alles konden opnemen en bestanden naar elkaar opsturen. Dat is wel een groot voordeel. Ik herinner me nog onze beginperiode, waar we een fortuin uitgaven om samen een studio te huren en er gezamenlijk op te nemen. Nu is de kost veel lager geworden om een album op te nemen.’
‘We hebben al heel lang geen shows meer gedaan. Een tour ondernemen vraagt heel wat voorbereiding en we houden er letterlijk niets aan over, in tegendeel, het kost ons enkel geld. Daar pas ik voor. Ik heb een afbetaling en een vrouw en kinderen die ik moet onderhouden, dus dat krijg ik thuis niet verkocht. Niemand gaat ook gratis werken, en toeren is hard werken. Sommigen begrijpen dat niet, maar dat is hun probleem. Er is in de toekomst misschien een opportuniteit om te headlinen op een Frontiers-festival in Europa, waarbij we dan misschien een live-album zullen opnemen, maar dat valt nog af te wachten.’
Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 232.
