... / Story's / Markant / CANDLEMASS: Scandinavische goden doen het weer!
Markant

Updated 17/12/2022

Markant

CANDLEMASS: Scandinavische goden doen het weer!

Ondanks een parcours met evenveel pieken als dalen, talloze bezettingswisselingen en een periode van complete inactiviteit, krijgt het Zweedse Candlemass het etiket legendarisch opgeplakt. Want zo hobbelig de carrière, zo consistent is hun plaatwerk. Op plaat nummer dertien, 'Sweet Evil Sun', bewijst de band nogmaals dat ze de echte grootmeesters der epische doom zijn. We nemen het vitaal klinkende werkstuk onder de loep met gitarist Mappe Björkman.

‘De afgelopen dertig jaar spookte de gedachte om onze originele zanger Johan Längquist terug te halen meermaals door mijn hoofd, maar het juiste moment kwam er nooit. Na het vertrek van Mats Levén bleek de tijd echter rijp en na amper één telefoontje stond Johan in de studio. Zogezegd om één song op te nemen, haha. De rest van het verhaal is min of meer gekend. Johan nam alle zangpartijen voor 'The Door To Doom' op en de plaat werd behoorlijk succesvol. Ze opende aardig wat deuren en zorgde echt voor een fameuze opstoot in populariteit. Ik ben zelf ook nog steeds heel erg tevreden over die plaat en durf ze zelfs één van onze beste te noemen.'

Candlemass © Linda Akerberg

Ook over de nieuwe plaat 'Sweet Evil Sun' kan Mappe enkel maar positieve dingen vertellen. Het is natuurlijk een huizenhoog cliché dat muzikanten erg lovend over hun laatste creatie spreken en het vaak zelfs hun beste plaat tot dan toe noemen, maar om de een of andere reden komt dit bij Mappe net iets meer oprecht over. 'Ik zei daarstraks al dat 'The Door To Doom' makkelijk tot één van onze beste platen gerekend kan worden, maar deze nieuwe gaat er zelfs nog een stuk over. Het ding is echt fantastisch! De riffs, de melodieën, Johans zanglijnen, … ze zijn allemaal van een torenhoog niveau. Wist je trouwens dat dit de eerste plaat is waaraan Johan actief heeft meegewerkt? Ten tijde van 'Epicus Doomicus Metallicus' was hij slechts een studiomuzikant en ook bij 'The Door To Doom' was eigenlijk al alles in kannen en kruiken vooraleer hij terug in beeld kwam. Dit keer heeft hij echter effectief met Leif samengewerkt en dat beviel hem zeer goed. Hij is echt tot het uiterste gegaan en dat hoor je aan zijn prestatie. Hij voelt zich echt op zijn gemak binnen de band en heeft enorm veel plezier in wat hij doet. En ook Leif heeft zichzelf overtroffen, want sommige riffs en arrangementen zijn gewoon ronduit geniaal. Soms klinken zijn riffs bedrieglijk eenvoudig en lijkt het alsof nummers in amper een paar uur geschreven zijn, maar vaak zijn ze het resultaat van weken tot soms wel maanden werk.’

‘De plaat maken was echter zeker geen haastklus, want we hebben er in totaal toch zo'n achttien maanden aan gewerkt. Toch een behoorlijk lange tijd, als je het mij vraagt. Het hele schrijf- en opnameproces vond plaats tijdens de pandemie, al bracht dat hier in Zweden niet zo'n strenge beperkingen mee als elders in de wereld. Leif maakt sowieso eerst demo's bij zijn thuis en stuurt die ons dan door zodat we de nummers kunnen instuderen. Opnemen is dit keer wel apart gebeurd. Om de beurt trokken we de studio in om onze partijen in te blikken en dat verliep eigenlijk best goed. Het is een plaat die veel herbergt en zelfs na een flink aantal luisterbeurten nog steeds nieuwe details prijs geeft. Zelfs ik merk dat nu nog en ik heb ze nu toch al wel ettelijke keren gehoord, haha.'

Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 211.