... / Story's / Markant / MOTHER: De zee, het strand en de ronkende versterker
Markant

Updated 21/12/2021

Markant

MOTHER: De zee, het strand en de ronkende versterker

Dat de kust meer is dan zon, zee en te zoute frieten wisten we natuurlijk al, maar dat er ook post-metal vandaan komt, was toch een beetje een verrassing. Maar op het 24 Hours Of Deep Listening festival lieten de Oostendse broers Toon en Tuur, samen met binnenlander Lynn als ‘Mother’ een secuur opgebouwde bak lawaai en emotie horen. Ik hoopte ze toen na het concert even te kunnen spreken, maar blijkbaar was de catering zo goed, dat ze niet gemakkelijk te vinden waren. Gelukkig komen ze nu een paar maanden later uit met hun ‘Interlude’ EP en wordt hun debuut opnieuw uitgebracht. Een afspraak met Tuur en Lynn blijkt snel gemaakt.

Veel van onze lezers kennen Mother wellicht nog niet, dus leg eens uit hoe het allemaal begonnen is.

‘M’n broer speelde al langer drums in verschillende bands en ik had steeds voorgesteld om eens iets samen te doen. Maar op de een of andere manier kwam daar maar niets van. Tot ik op een bepaald moment voorstelde om meer in de trant van post-metal te spelen. Dat leek interessant, dus vanaf het najaar van 2017 zijn we serieus gaan schrijven en repeteren. In die periode hebben we ook bij Lynn gepolst of ze mee wilde doen. Lynn en ik kenden elkaar van school, maar het contact groeide vooral daarna. Het was dus niet zo moeilijk om haar te overtuigen om eens mee te spelen. Dat was in het begin natuurlijk wel wat vreemd, om als ‘buitenstaander, met twee broers in een band te zitten. Wij durven al eens met elkaar discussiëren zonder een blad voor de mond te nemen, maar intussen voelen we elkaar goed aan.’

Mother

De kracht van Mother is (voor mij) de rust en nauwkeurigheid waarmee de nummers zijn opgebouwd. Puur en bijna minimalistisch.

‘Ik denk dat dit grotendeels een gevolg is van m’n vorige band. Daar vertrouwden we veel op computers en geprogrammeerde stukken. Bij Mother wou ik daarvan weg. Oké, we gebruiken nog steeds wel een clicktrack en zo, maar nu ook van die zware oude amps om dat pure analoge gevoel te krijgen. Ook wilde ik liever niet met heel veel mensen op het podium staan, maar slechts met z’n drieën. En dan moet je goed op zoek gaan naar een haalbare manier om voldoende zwaar te klinken. In het schrijven van de muziek ontstond ook het idee om drie albums te schrijven die als één geheel klinken, een compleet verhaal, bijna één song. Als je daarvoor kiest, kan je niet in de eerste 10 minuten al het meest epische laten horen, want dan valt de rest van de plaat dood. En andersom kan je af en toe wel opbouwen, maar niet twintig keer. Op die manier wordt de apotheose van de laatste tien minuten een echte pay-off. Ik denk dat daar voor een deel die rust vandaan komt waar je het over had. Nu hebben we tegen dat idee van een trilogie met de EP al een beetje tegen ‘gezondigd’ en kan ik me voorstellen dat we in de toekomst toch een andere kant op gaan.’

En dat in Oostende, dat zou je bij deze muziek toch niet direct verwachten?

‘Oostende staat inderdaad niet direct bekend voor z’n bloeiende metal-scene, zeker niet in de post-metalhoek. We worden dus zeker niet om het weekend gevraagd om hier een optreden te doen, maar dat is misschien wel gezond, anders wordt iedereen je zo snel beu. Ook hebben we hier niet de problemen die een stad als Gent heeft, waar je bijna geen repetitiehok meer kan vinden. Hier is dat geen probleem, en worden we zelfs wat gesteund. Maar verder denken we niet dat Oostende veel invloed op onze muziek heeft. Ik ben er eigenlijk wel trots op dat we niet eenvoudig aan een stad of omgeving gelinkt kunnen worden, maar dat het eerder iets vaags is. Er hangt wel een bepaalde charme vast aan het zijn van ‘een buitenstaander’. Het is wel interessant om te bedenken dat als ik in bijvoorbeeld Gent of Brussel had gewoond, ik veel meer muzikanten in m’n vriendenkring zou hebben gehad en ik dus veel sneller bepaalde muziek zou hebben leren kennen. Want laten we eerlijk zijn, ik weet niet of ik een band als ‘Mother’ had gekend, als ik er zelf niet in speelde.’

Een meer uitgebreide versie van dit artikel lees je in RT 204.