HAMFERÐ

Van opener ‘Ábær’ konden we al met volle teugen proeven en genieten, dankzij de mooie video die begin februari tot onze grote vreugde het vierde album van Hamferð aankondigde. Het is een monsterlijke track die er vanaf de eerste noot keihard inhakt met een loodzware riff in de typische blauwdruk van de band. De riff is een soort hogere wiskunde in doom metal en ook het feit dat er zoals steeds gezongen wordt in het Faeröers helpt niet om de muziek toegankelijk te maken, maar daar heeft de band lak aan. Maar wat is dit geniaal! Als de diepe grunt van de kleine zanger Jón Aldará omslaat naar zijn heldere zangstem, besef je weer hoe ontwapenend en puur die stem is. Zijn bijna opera-achtige timbre is ongeëvenaard en uniek in het genre. ‘Rikin’ gaat verder op hetzelfde elan en bewijst nog maar eens welke meesters deze Faeröers zijn in het creëren van wijde en bij vlagen zelfs brute, hedendaagse doom metal. Op ‘Marrusorg’ worden de zware, geladen melodieën voor het eerst onderbroken door schone, breekbare semi-akoestische passages die de song een tijdloos en eclectisch gevoel geven. Het daarop volgende ‘Glæman’ is één van de mooiste parels in de kroon van Hamferð. Het is een fragiele doomballade die de sfeer van het al even fantastische ‘Frosthvarv’ van het vorige album ‘Támsins Likam’, van inmiddels alweer zes jaar geleden, ademt. ‘Fendreygar’ balanceert op een danskoord tussen breekbaar en bombastisch en contrasteert daarmee fel met het daaropvolgende ‘Hvõlja’. Dat is wellicht de langzaamste en meest massieve song uit de geschiedenis van de band. De gitaren pruttelen als een doodsrochel en de grunt van Aldará klinkt alsof Beëlzebub je roept vanuit het hiernamaals. Het afsluitende titelnummer staat voor ‘Maar Sterk Is De Hand Van God’ en doet onverwijld denken aan Anathema’s ‘Internal Landscapes’, dat gevuld wordt met een mysterieus gesproken woord. De echte doomliefhebber zal zijn tijd nemen om deze eenzame parel tot zich te nemen, te erkennen en er ten volle van te genieten. Hier wordt gemusiceerd op uitzonderlijke hoogte.